vrijdag 21 december 2012

Noortje zoekt een nieuw thuis


Dit is Noortje. 

Een lieve Rottweiler die heel veel commando's beheerst zoals: zit, af, terug, volg, sta, blijf, los, hier, aan de voet, high five/six, buig enzovoort. Ze heeft dan ook veel gehoorzaamheidscursussen met vlag en wimpel afgerond oftewel de beste van de klas. Ze werkt graag voor de baas en heeft alle aandacht voor je. Ze kan goed alleen zijn en zal niks slopen, maar verdient wel een baas die er helemaal voor haar is en haar de ruimte kan bieden die ze nodig heeft. Ze heeft een beetje moeite met kleine hondjes en houdt niet van katten. Daarentegen is ze gek op kinderen. Ze heeft op 4-jarige leeftijd een nestje van 6 pups gehad maar is inmiddels gesteriliseerd. Zelf is ze geboren op 16 juni 2007. 

vrijdag 14 december 2012

Preventie kattenkrabziekte: vlooienbestrijding


Kattenkrabziekte is een van dier op mens overdraagbare ziekte die wordt veroorzaakt door een bacterie. Katten, dragers de bacterie (B. henselae), besmetten elkaar via kattenvlooien. Uit onderzoek blijkt dat behandeling met antibiotica van katten geïnfecteerd met B. henselae weinig effectief is. 

Antibiotica weinig effectief

Katten jonger dan 1 jaar, en zwerfkatten zijn vaker positief dan oudere katten en huiskatten. B. henselae kan in het bloed van eenmaal geïnfecteerde katten nog jarenlang aangetoond worden. Bij een studie onder Nederlandse asielkatten in 1995 bleek bij 22 procent van de katten B. henselae in het bloed aantoonbaar, terwijl bij 50 procent van de katten antistoffen werden aangetoond. Behandeling van katten geïnfecteerd met B. henselae met antibiotica blijkt weinig effectief: aanhoudende infecties en nieuwe infecties worden hiermee niet bestreden. 

Besmetting van de mens 

Overdracht naar de mens vindt uitsluitend plaats door krab- of bijtwonden waar vlooienpoep inkomt. Naar schatting (gegevens RIVM) zijn er minstens 300 tot 1000 gevallen per jaar, maar het werkelijke aantal infecties is waarschijnlijk veel hoger. Kattenkrabziekte bij mensen met een goede weerstand is veelal een onschuldige, vaak onopgemerkte, infectie die vanzelf overgaat. Aanvankelijk kan de krab- of bijtwond rood en gezwollen zijn, waarna deze verschijnselen binnen enkele dagen vanzelf verdwijnen. Bij mensen met een verminderde weerstand kan de infectie zeer ernstig verlopen met uitgebreide huidaandoeningen en soms zelfs aantasting van organen. 

Besmetting voorkomen 

Preventie is gericht op het voorkomen van transmissie zowel van kat naar kat als van kat naar mens. Bestrijding van vlooien van katten en het voorkómen van krab- en bijtincidenten zijn daarbij belangrijk. Wondverzorging en -desinfectie zijn van belang na een krab of beet. Mensen met een verminderde weerstand wordt afgeraden om met (jonge, speelse) katten om te gaan. 

Bron: www.knmvd.nl

donderdag 13 december 2012

Let op Kerstversiering en dergelijke!

AMSTERDAM - Zodra de Sint het land uit is, gaat menigeen in de weer om de kerstsfeer in huis te halen. Huisdiereigenaren moeten daarbij echter wel voorzichtig zijn: sommige sfeerverhogers zijn levensgevaarlijk voor dieren, zoals chocolade, giftige planten en allerlei soorten decoraties. Wie zijn huisdier wil kunnen redden in geval van nood, bestelt nu het handboek Sophia DierenEHBO




Chocolade
In de feestmaand komt er bij veel mensen chocolade in huis. Leuk als kerstkransje in de boom of als traktatie op tafel, maar een kleine hoeveelheid kan voor uw huisdier al tot vergiftiging leiden en een flinke portie tot de dood. Dat komt omdat de stof theobromine door honden en katten nauwelijks wordt afgebroken. Een chocoladevergiftiging is te herkennen aan braken, diarree, veel drinken en plassen, hyperactiviteit, een snelle hartslag, toevallen of zelfs coma. 

Dierenarts 
Ga direct naar de dierenarts als u vermoedt dat uw huisdier chocolade heeft binnengekregen. Deze zal uw dier op een verantwoorde manier (dus niet met zout!) laten braken of zelfs een maagspoeling doen. Vertel precies wat uw hond of kat gegeten heeft en van welke chocolade. Puur is in dit geval het gevaarlijkst. Maar beter is natuurlijk om te voorkomen dat uw huisdier zich aan deze lekkernij te buiten gaat. 

Giftige planten 
Pas ook op met giftige planten. Laat uw konijn of knaagdier niet knagen aan de stam van de kerstboom en hond en kat moeten afblijven van hulst, maretak, kerstster, kerstroos en sparren- en dennennaalden. Het eten van deze planten kan leiden tot vergiftigingen, met verschijnselen als kwijlen, misselijkheid, blaren, gezwollen slijmvliezen, braken en diarree. Tevens zijn naalden die in het drinkwater zijn gevallen een gevaar. 

Kerstversiering 
Dan is er nog de afdeling Bedreigende Feestartikelen. Sliertjes lametta zijn prachtig poezenspeelgoed, maar de dieren moeten ze natuurlijk niet opeten. Dat geldt ook voor engelenhaar, dat bestaat uit puur glasvezel. Kijk uit met lichtsnoeren en bedrading en ook kerstballen zijn gevaarlijk. Als ze breken, kunnen dieren zich eraan verwonden. Hapgrage honden die kerstballen opeten, lopen inwendige schade op. 

Fakkel 
Bedenk bij het knallen van de champagne dat huisdieren hier enorm van kunnen schrikken. Bovendien willen honden zich nogal eens te buiten gaan aan champagnekurken, met een ernstige verstopping tot gevolg. Een kaars is snel omgegooid en een staart brandt als een fakkel. Heel goed opletten dus, ook met de open haard! 

Handboek Sophia DierenEHBO 
Wilt u weten hoe te handelen als zich een noodsituatie voordoet? Bestel dan het handboek Sophia DierenEHBO op www.sophia-vereeniging.nl. Daarmee kunt u leren op vakkundige wijze eerste hulp toe te passen bij ongevallen. Aan bod komen onder andere reanimatie- en verbindingstechnieken, vergiftiging, brandwonden, shock en onderkoeling. Wie nu lid wordt, ontvangt het handboek Sophia DierenEHBO helemaal gratis!

Hond speurt ziekenhuisbacterie met gemak op

AMSTERDAM - Honden blijken goed in staat een ziekenhuisbacterie op te sporen.

ANP

Het VU medisch centrum heeft met de 2-jarige beagle Cliff aangetoond dat deze viervoeter prima kan ruiken of patiënten besmet zijn met de bacterie Clostridium difficile, die diarree en levensbedreigende darmontstekingen kan veroorzaken. 

De 2-jarige Cliff kon na een training van twee maanden binnen 10 minuten een hele ziekenhuisafdeling controleren op de aanwezigheid van de bacterie. Normaal gesproken is daar tijdrovend laboratoriumonderzoek voor nodig. 

De jonge hond geeft door dat patiënten besmet zijn door naast hun bed te gaan zitten. Tijdens de tests wist hij 25 van de 30 besmette patiënten aan te wijzen (83 procent). 

Toen de beagle monsters van de ontlasting moest ruiken, had hij het zelfs in 100 procent van de gevallen goed, blijkt uit de onderzoeksresultaten, die donderdag werden gepubliceerd in het British Medical Journal. 

Hoewel de resultaten veelbelovend zijn, wijzen de onderzoekers erop dat het slechts een beperkt onderzoek was. Ook blijft veel onduidelijk. Zo valt nog niet te zeggen wat de hond precies ruikt en hoe in de dagelijkse praktijk honden ingeschakeld kunnen worden.

bron: ANP

donderdag 29 november 2012

Wintertips voor uw huisdier





De winter is in aantocht. Tijd voor muts, handschoenen en een warme sjaal als u naar buiten gaat. Maar ook voor sommige huisdieren geldt dat het winterweer om aanpassingen vraagt. Om samen met uw huisdier veilig de winter door te komen, is er een aantal zaken waar u op moet letten. 

Dieren die buiten gehouden worden hebben nu uiteraard extra aandacht nodig. Drinkwater zal snel bevriezen en moet dus vaak gecontroleerd en ververst worden. De meeste buitendieren hebben extra beschutting nodig tegen sneeuw en regen. Konijnen of cavia’s die in een buitenhok leven, hebben een extra dikke laag stro en hooi nodig om zich goed in te kunnen verschuilen. 

Ook de honden hebben soms wat extra aandacht nodig. Door de verwarming van onze huizen krijgen veel honden geen echte wintervacht meer. Voor sommige dun behaarde rassen en oude of zieke honden kan bescherming tegen vrieskou door middel van een dekje nodig zijn. In het algemeen geldt dat honden die buiten lekker actief zijn voldoende warm blijven. Let vooral op kleine honden: als ze beginnen te rillen hebben ze het koud. Laat de hond niet lang met een natte vacht buiten lopen, een natte vacht isoleert slecht.

 Katten die gewend zijn naar buiten te gaan kunnen dat ook gewoon in de winter blijven doen. Men moet er dan wel voor zorgen dat ze te allen tijde naar binnen kunnen via bijvoorbeeld een kattenluikje. Check daarom vooral nu even of het luikje goed werkt. Een kat zal wanneer het buiten te koud is uit zichzelf weer een warme plaats opzoeken. 

Wie zijn vijver met goudvissen ziet bevriezen hoeft zich in het algemeen geen zorgen te maken, als de vijver maar diep genoeg is. De vissen zijn in de winter in rust op de bodem en worden pas weer actief als het warmer begint te worden. Bekijk voor deze en nog veel meer tips over een goede voorbereiding van uw huisdier op de winter ons praktisch document “winter en kou”.

Bron: LICG

dinsdag 20 november 2012

Veilig in het donker



Wie ’s ochtends voor zijn werk of ’s avonds de hond gaat uitlaten, loopt tegenwoordig alweer in het donker. Dat kan soms gevaarlijke situaties opleveren. Een hond is niet zo goed zichtbaar, zeker als hij ook nog eens een donkere vacht heeft. Maar ook witte hondjes vallen in het donker soms nauwelijks op. Automobilisten en fietsers zien uw huisdier vaak pas op het laatste moment. Daarom is het verstandig om ervoor te zorgen dat uw hond beter zichtbaar is. Er zijn hiervoor allerlei hulpmiddelen te koop. Zo bestaan er lampjes die u aan de halsband, het tuig of de hondenlijn kunt vastmaken, en kunt u in de dierenspeciaalzaak reflecterende banden, riemen en tuigen vinden. Op die manier blijft uw hond goed zichtbaar voor het verkeer. En ook u zelf valt beter op, hoewel het nuttig blijft om zelf ook kleding te dragen met reflecterende strepen of lichte delen. Wie zijn kat veel buiten laat lopen, moet ook even stilstaan bij de veiligheid. Het kan verstandiger zijn om hem als het donker wordt naar binnen te halen. Loslopende katten kunnen ook bij daglicht al het risico lopen om aangereden te worden, maar in het donker wordt een automobilist nog sneller verrast. Bovendien kan de kat verblind worden door de koplampen. Kunt of wilt u de kat niet binnenhalen, dan kan een bandje met reflecterend materiaal helpen. Kies dan altijd een bandje met een veiligheidssluiting die open gaat als de kat ergens aan zou blijven hangen! Voor wie met zijn paard de straat op wil in het donker, is verlichting verplicht. Op de openbare weg moet de ruiter zorgen voor een wit licht dat naar voren schijnt en een rood licht dat naar achteren schijnt. Het paard geldt dan dus echt als voertuig. Naast deze verplichte verlichting zijn er reflecterende materialen op de markt die u uw paard om kunt doen, zoals borsttuigen, dekjes en beenbeschermers. Daarnaast is reflecterende kleding voor uzelf ook verstandig.

bron: LICG

maandag 19 november 2012

woensdag 14 november 2012

Onderzoek 'Verlatingsangst bij honden'

Doe mee aan gratis onderzoek

Oproep voor het onderzoek 'Verlatingsangst bij honden'











Heeft u een hond die continu blaft, het huis sloopt, en plast en poept in het huis wanneer hij/zij alleen thuis gelaten wordt? En wilt u dan meewerken aan een gratis onderzoek naar honden met verlatingsangst?

Het departement Dier in Wetenschap en Maatschappij van de faculteit Diergeneeskunde biedt u de mogelijkheid om uw hond gratis te laten onderzoeken. Het departement doet onderzoek naar het welzijn van honden in Nederland. Gedragsproblemen die optreden bij honden met verlatingsangst zijn wijdverspreid in de Nederlandse hondenpopulatie en kunnen een belangrijk welzijnsprobleem zijn voor deze honden.

Wij zoeken:

1. Lichamelijk gezonde honden die ouder zijn dan 11 maanden, en 
2. niet op medicatie staan voor verlatingsangst, maar wel 
3. ernstige kenmerken van verlatingsangst laten zien. Dit zijn gedragingen die de hond alleen vertoont wanneer hij/zij alleen wordt gelaten:

  •  frequent en intensief blaffen, huilen en/of piepen. Buren kunnen hierover klagen;
  •  het huis van de eigenaren slopen (bijv. bankkussens aan stukken scheuren); 
  • hyperactief zijn: de hond gaat bijvoorbeeld krabben aan deuren en ramen en rusteloos rondlopen; 
  • in huis plassen en poepen 


Wat gaat er gebeuren? 


  • Indien uw hond voldoet aan bovenstaande voorwaarden, zal u worden uitgenodigd om naar de Universiteitskliniek voor Gezelschapsdieren te komen 
  • Tijdens het onderzoek zal uw hond gefilmd worden en de hartslag van uw hond zal met een non-invasieve Polar® hartslagmeter worden gemeten. 
  • Aan het einde van het onderzoek wordt er wat speeksel van uw hond afgenomen voor cortisolbepaling 
Het hele onderzoek zal ongeveer 45 minuten in beslag nemen. 

Doel 

Het doel van dit onderzoek is om de gedrags- en fysiologische kenmerken (i.e. hartslag en cortisol) van honden met verlatingsangst te meten in een gestandaardiseerde omgeving, zoals in een dierenartsenpraktijk. Onze bevindingen kunnen zowel een bijdrage leveren voor het beoordelen van het welzijn in honden als voor het diagnosticeren van verlatingsangst in honden.  

Wij bieden


  • Gratis een gedrags- en fysiologisch onderzoek van uw hond 
  • Een gratis onderzoeksrapport 
  • Onderzoeksresultaten die de eigenaren een beter beeld kunnen geven over het aanpassingsvermogen van hun honden en de welzijnsbelemmering van de verlatingsangst voor hun honden 
Wilt u deelnemen aan dit onderzoek, neemt u dan a.u.b. contact op via de e-mail: welzijnhond@uu.nl of telefoon: 030 – 253 38 71 

bron: www.uu.nl  


dinsdag 13 november 2012

Vuurwerkangst







Heel wat honden (en katten) zijn bang voor vuurwerk. Een sporadische knal op straat hoeft voor een evenwichtige jachthond geen probleem te zijn. Deze honden zullen even schrikken, net zoals wij, maar herstellen zich snel. Veel honden zijn echter door eerdere ervaringen zó bang geworden, dat ze vanaf het klinken van de eerste knal de hele maand december angstig en onrustig zijn. Ze willen niet graag meer naar buiten, vertonen vluchtgedrag en staan continu onder spanning; onbereikbaar voor beloning of correctie. Er zijn verschillende manieren om hiermee om te gaan. Medicatie rond oudejaarsavond is een mogelijkheid, maar lang niet altijd de beste keuze. Vuurwerkangst is wel degelijk aan te pakken, mits hier tijdig mee wordt begonnen. Uiteindelijk is uw huisdier het gelukkigst als het u lukt hem zijn angst af te leren. Dit kan met behulp van training. Echter angst weg trainen is niet eenvoudig en kost tijd. Daarom is het belangrijk om op tijd te beginnen en de training zorgvuldig op te bouwen.

Hoe ontstaat vuurwerkangst 
De angst voor harde geluiden is een natuurlijke angst die direct te maken heeft met overlevingsdrang. Vrijwel elk dier zal reageren bij het horen van een hard geluid. Sommige honden zijn van nature gevoeliger voor geluidsprikkels dan anderen. Een goede socialisatie liefst tijdens de pup-periode, waarbij ook kennis wordt gemaakt met verschillende soorten geluid vormt de basis voor een stabiel, ‘knalvast’ karakter, maar hoeft niet in alle gevallen tot een vuurwerkvaste hond te leiden. Door vervelende ervaringen of door herhaaldelijk schrikken kunnen dieren een echte fobie voor harde geluiden ontwikkelen. Angstig gedrag kan ook versterkt worden door de reactie van de eigenaar. Niet alleen honden zijn bang voor vuurwerk, veel eigenaren schrikken even hard van onverwachte knallen. Toch is het als eigenaar van groot belang om uw eigen angst niet over te brengen op uw hond. Probeer buiten zo rustig en normaal mogelijk te reageren op geknal. Ga in huis gewoon rustig door met hetgeen waar u mee bezig was en doe vooral alsof er niets bijzonders aan de hand is. Over het al dan niet steun bieden aan een angstige hond bestaan verschillende opvattingen. Het is niet aan te raden om mee te gaan in de angst van uw hond door overduidelijk te troosten en te proberen hem tot kalmte te manen. Uw hond leert dan dat het bang zijn iets oplevert: aandacht. Door hem te laten zien dat u in ieder geval niet bang bent en hij op u kan vertrouwen, zal hij zelf ook rustiger worden.

Is er wat aan vuurwerkangst te doen? 
Het loont de moeite om te proberen de angst weg te trainen. U moet daar op tijd mee beginnen. Er zijn cursussen die u als eigenaar leren hoe u het beste kunt reageren op een angstige hond. Omdat angstige honden elkaar in hun gedrag kunnen ver sterken, zijn dit vaak cursussen waaraan u zonder het bijzijn van uw hond deelneemt. Vuurwerktraining bestaat er meestal uit dat vuurwerkgeluiden gecombineerd worden met iets leuks of iets lekkers. Daarbij wordt bijvoorbeeld een CD gebruikt met vuurwerkgeluid. Voor u kunt beginnen met trainen om angst weg te nemen of te voorkomen is het ontzettend belangrijk dat u uw dier goed kent. U moet weten hoe stress-signalen eruit zien en hoe lichaamstaal werkt. Stress-signalen zijn o.a. hijgen, bek aflikken, angst plassen, trillen, janken/piepen. Een angstige houding bij honden is te herkennen aan een lage houding van de hoofd/hals en de staart wordt tussen de benen gedragen. Daarnaast worden de mondhoeken lang gehouden en de oren staan omlaag. U heeft ook basiskennis nodig over hoe uw hond leert. Als u niet goed kunt beoordelen of uw dier angstig begint te worden of wanneer u niet weet wat voor effect een bepaalde ervaring op zijn leerproces zal hebben, kunt u de training niet in goede banen leiden. Zorg dus dat u goed geïnformeerd aan een training begint: goede boeken, een hondenschool, de gedragstherapeut en vooral heel veel naar uw dier kijken, kunnen hierbij helpen. 

Nooit straffen voor angst 
Welke trainingsmethode u ook gebruikt: straf het dier nooit voor een angstige reactie! Daarmee maakt u de situatie voor het dier alleen nog maar enger en zal hij nog banger worden. Misschien durft hij het niet meer duidelijk te uiten omdat hij bang is voor nog meer straf, maar van binnen voelt hij de angst nog net zo erg! Als het dier angst vertoont tijdens het trainen dan is dit een teken dat u de training te moeilijk hebt gemaakt. Ga dan een aantal niveaus terug en bouw de training opnieuw op, dit keer met kleinere stapjes. 

Vuurwerkangst en medicatie 
Bij vuurwerkangst kan medicatie worden ingezet op verschillende manieren: als snelle ‘oplossing’ tijdens de periode van vuurwerk zelf. Diazepam is een kalmerend middel dat de angst onderdrukt en het dier minder gevoelig maakt voor geluid. Het onderdrukt tevens het leren, waardoor het dier dat bij een angstige ervaring dit medicijn krijgt toegediend, deze ervaring minder goed zal onthouden. Niet alle middelen zijn even onschuldig en prettig voor de hond zelf. Een aantal middelen versuffen een dier, maar maken hem niet minder gevoelig voor geluid. Hij is dan net zo bang, maar zal dit minder uiten doordat hij versuft is. Bepaalde antidepressiva hebben een nadelig effect op de lever of de nieren of versuffen een dier zo dat hij niet echt normaal kan functioneren. Bovendien is van veel middelen van tevoren moeilijk in te schatten hoe een dier erop zal reageren; dieren moeten heel goed in de gaten worden gehouden. 

Medicatie ter ondersteuning bij therapie 
Diepgewortelde vuurwerkangst is met geen pil of poeder weg te nemen, die illusie moet ook niet worden gekoesterd. Wél kunnen angstige dieren met rustgevende middelen ondersteund worden en ook kunnen deze middelen worden ingezet ter ondersteuning bij de training om over de angst heen te komen. Als u met uw hond gaat trainen om de vuurwerkangst te verminderen, kunt u medicatie gebruiken om de therapie te ondersteunen. De dierenarts kan in overleg met een hondengedragstherapeut een medicijn voorschrijven dat werkt als een angstremmer op lange termijn. Hier bestaan verschillende medicijnen van. Deze medicijnen moeten gedurende meerdere maanden gegeven worden. Het duurt ongeveer twee tot vier weken voor het niveau in het bloed hoog en constant genoeg is om effect te hebben, en er is eventueel een opbouwschema nodig. Deze medicatie kan helpen om de gedragstherapie te laten slagen, doordat het ervoor zorgt dat het dier minder angstig wordt, maar nog steeds goed kan leren. Daardoor krijgt de training meer kans om aan te slaan. 

Toevoegingen in de voeding (voedingssupplementen) 
Er zijn hulpmiddelen beschikbaar die gebaseerd zijn op een voedingspreparaat.Telizen is gebaseerd op L-theanine, een aminozuur dat van nature voorkomt in groene thee (Camellia sinensis) Het heeft de volgende eigenschappen: het zwakt de reactie door abnormale angst af, het werkt rustgevend voor hond en kat en het verhoogt de leercapaciteit. Telizen induceert geen afhankelijkheid of slaperigheid en kan prima gecombineerd worden met andere medicijnen. Meer informatie vindt u op: www.vuurwerkangst.nl. Dan is er ook nog Zylkene, dit is een voedingssupplement dat alpha-casozepine bevat, verkregen uit een melkeiwit, dat aangrijpt op de hersenen, maar geen vervelende bijwerkingen heeft zoals bijvoorbeeld diazepam en ingezet kan worden bij allerlei situaties waar stress kan worden verwacht. Ook is er een dieetvoeding verkrijgbaar op basis van het bovengenoemde alpha-casozepine namelijk Calm Diet van Royal Canin. Dit ingrediënt wordt samen met L-tryptofaan, een aminozuur dat een positief effect heeft op de gemoedsrust, in de voeding verwerkt. Het is van belang om tijdig te beginnen met de supplementen en met de voeding, minimaal 2 weken van te voren. Als u dergelijke middelen wilt geven aan uw hond, overleg dit dan altijd eerst met uw dierenarts. Ze kunnen niet met alle medicijnen gecombineerd worden! 

Feromonen 
Er zijn hulpmiddelen die feromonen afscheiden, geurstoffen met een kalmerende werking op de hond. Een lacterende teef scheidt feromonen af o.a. ter hoogte van de tepels, waardoor de pups gerust gesteld worden bij de teef. De hulpmiddelen met feromonen bestaan als een verdamper die u in het stopcontact steekt, als een spray en als een geïmpregneerde halsband. Dit kan helpen om uw dier rustiger te maken. Ze zijn te verkrijgen bij de dierenarts. Begin ook hier minimaal twee weken van tevoren mee zodat het middel kan inwerken. 

Thundershirt 
Dit is een soort jasje wat de hond aan kan krijgen dat direct een rustgevend effect geeft. Het is op basis van gelijkmatige druk rondom de borstkast (inbakenen van baby’s). De resultaten zijn bijzonder goed. 

Gebruik het juiste middel 
Gebruik voor uw huisdier nooit medicijnen die u zelf via de humane arts, voorgeschreven heeft gekregen, ook al zit hier dezelfde werkzame stof in. De dosering van medicijnen is bij dieren anders dan bij mensen, is per diersoort verschillend en luistert nauw. Bovendien kunnen er in medicijnen voor mensen hulpstoffen zijn verwerkt waar uw huisdier niet tegen kan. Ook kunnen sommige geneesmiddelen elkaar beïnvloeden. Gebruik dus alleen medicijnen die uw dierenarts heeft voorgeschreven nadat de dierenarts uw dier heeft onderzocht, gebruik ook nooit zomaar een restje van een vorig jaar zonder uw dier eerst te laten onderzoeken. Meld het gebruik van voedingspreparaten, feromonen of alternatieve middelen altijd aan uw dierenarts en de hondengedragstherapeut zodat zij hier rekening mee kunnen houden. 

Op de avond zelf 
Zorgt u verder dat u op Oudejaarsavond de ramen en deuren goed dicht houdt en doe de gordijnen dicht. U kunt een muziekje aanzetten om het geluid enigszins te verdoezelen. Laat uw hond in ieder geval niet alleen en laat hem op oudejaarsdag alleen aangelijnd uit. Zorg ook dat hij niet de deur uit kan glippen als deze rond de jaarwisseling even open staat. 


Bron: Natasja van den Berg (dierenarts) (Dierenkliniek Arts en Dier, www.artsendier.nl)

dinsdag 30 oktober 2012

Chubby zoekt een nieuw thuis

Dit is Chubby

Een lieve hond. Hij waakt voor de baas en is ook erg speels. Hij is niet zo dol op andere honden. Puppy's en katten daarentegen zijn geen probleem.  
Chubby woont nu samen met andere honden in een gezin die hij niet tolereert en daar dominant op reageert. De huidige eigenaar gaat naar een kleinere woning en heeft geen mogelijkheid meer om de honden uit elkaar te houden. Hij is gewend aan de bench, hij heeft er zelfs zijn lievelingsplekje van gemaakt. 
Chubby is een gecastreerde reu van 2,5 jaar oud. 





woensdag 24 oktober 2012

Nico zoekt een nieuw thuis


Dit is Nico. 

Een hele lieve, grote gecastreerde jongen. Hij kent al veel commando's zoals: zit, af, blijf, los, hier en high five. Hij wil en kan nog veel meer leren als je hem daarvoor de aandacht geeft en de tijd gunt. Hij zit boordevol energie dus geef hem de ruimte en de beweging die hij nodig heeft en je hebt een geweldige hond. Hij houdt overigens niet van katten, eenden e.d. 
Hij is de zoon van Noortje en geboren op 08 mei 2011. 

Noortje heeft een nieuw thuis gevonden en Nico blijft bij de huidige eigenaar. 



Noortje en Nico 


vrijdag 19 oktober 2012

Ouderen en huisdieren


Het houden van huisdieren heeft positieve effecten op zowel de geestelijke als lichamelijke gezondheid ouderen. Zo verminderen huisdieren de eenzaamheid, geven ze een doel om voor te leven, iets om voor te zorgen en op te staan. 




Maar er kunnen ook problemen ontstaan. Het bereiken van een hogere leeftijd brengt lichamelijke en soms geestelijke veranderingen met zich mee. Zo hebben vooral honden veel beweging nodig en moeten meerdere keren per dag uitgelaten worden. Het kan zijn dat een oudere eigenaar hier op een geven moment niet meer goed toe in staat is. Ook kan de geestelijke gezondheid van een oudere eigenaar dusdanig achteruit gaan dat dingen vergeten worden in de verzorging. Het verlies van een huisdier kan bij oudere mensen extra hard aankomen.
Al deze zaken zijn van belang wanneer men op oudere leeftijd besluit wel of niet een nieuw dier aan te schaffen. Zijn er misschien mensen die kunnen helpen bij de verzorging van het huisdier? En wat als het baasje naar een zorginstelling moet? Kan het huisdier dan mee en waar moet men dan op letten?
Het LICG geeft in de praktische documenten “ouderen en huisdieren” en “een huisdier mee naar een verzorgingshuis” antwoord op al dit soort vragen. Bent u zelf al op hogere leeftijd of heeft u oudere familieleden die met deze dilemma’s worstelen, lees dit dan eens door. Ook als er nu nog niets aan de hand is. Het geeft een rustig gevoel als u weet dat u alles goed geregeld heeft.
bron:LICG

vrijdag 12 oktober 2012

Dode merels

ZEIST - De Vogelbescherming en het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) in Utrecht worden platgebeld door mensen die willen melden dat ze een dode of lusteloze merel hebben gezien. De Vogelbescherming vroeg begin deze week om die meldingen, aangezien de organisatie verwacht dat het zogeheten usutuvirus zal opduiken onder de Nederlandse merelstand. 



Ziek 
Volgens een woordvoerder komen er vele honderden telefoontjes per dag binnen. "In 99% van de gevallen gaat het om gewoon een dode vogel, want elk jaar sterft ongeveer de helft van de 2 miljoen merels in Nederland. Pas als bijzonderheden van de melding daartoe aanleiding geven, stuurt het DWHC een koerier op pad om de dode vogel op te halen voor onderzoek", aldus de woordvoerder. Het usutuvirus heeft onder andere in Duitsland al een ware slachting aangericht onder merels. Muggen brengen het virus over. Besmette vogels worden ziek en overlijden na 2 tot 3 dagen. Volgens de Vogelbescherming kan het niet anders dan dat er ook in Nederland al zieke vogels zijn, maar een bevestiging daarvan is pas over enkele weken te geven.

Onderzoek 
Het DWHC onderzoekt dode merels op het virus. Omdat het nog niet eerder in Nederland is vastgesteld, moet een onderzoeker uit het buitenland een eventueel aangetroffen besmetting nog eens controleren. Die hele procedure neemt ongeveer 4 weken in beslag. De Vogelbescherming verwacht pas in de zomer van 2013 een echte uitbraak, aangezien er nu niet veel muggen meer zijn. Heel veel merels zullen aan het virus bezwijken, maar naar verwachting bouwen de vogels binnen een paar jaar immuniteit op. 

Huisdieren
Veel bellers maken zich zorgen over katten en honden, die met dode merels in contact kunnen komen. Voor alle zoogdieren geldt net als voor de mens dat het virus naar alle waarschijnlijkheid geen kwaad kan, meldt de Vogelbescherming.

bron: Sophia-vereeniging

vrijdag 28 september 2012

Tien gouden regels


Elke hond kan bijten, hoe kindvriendelijk hij ook is. Als uw kind op een verkeerde manier met de hond omgaat en u dit niet in de gaten houdt, dan kan het fout gaan. Om dat te voorkomen is het belangrijk om uw kind te leren wat er wel en juist niet kan in de omgang met honden. Dat geldt ook als u thuis geen hond heeft, want honden komt uw kind overal tegen.


Een goede basis voor een veilige omgang met honden zijn de Tien Gouden Regels:
  1. Niet de hond omhelzen.
    De hond kan zich gevangen voelen en zich willen verdedigen.
     
  2. Eerst vragen voor je een hond aait.
    Niet alle honden vinden aaien prettig.
     
  3. Niet op een hond af rennen, en ook niet voor een hond wegrennen.
    In het eerste geval kan de hond zich bedreigd voelen. In het tweede geval kan hij de achtervolging inzetten, vaak als spel, maar het kind kan daar bang van worden.
     
  4. Niet de hond aanstaren.
    Aanstaren kan voor een hond een uitdaging of bedreiging zijn.
     
  5. Niet onder de hond gaan liggen, en uiteraard ook niet op de hond.
    Als het kind onder de hond ligt, kan de hond zich de baas voelen, en bovendien is het gezicht van het kind dan erg dicht bij zijn tanden. Als het kind op de hond gaat liggen, kan dit hem pijn doen en kan hij zich verdedigen.
     
  6. Laat de hond met rust als hij eet of slaapt.
    Laat kinderen bij de voerbak en de kluifjes van de hond vandaan blijven, hij kan ze willen verdedigen. Ook als hij slaapt mag het kind de hond niet storen, als hij wakker schrikt kan hij happen.
     
  7. Niet in de mand of bench van de hond komen.
    Die plek is van de hond, hij moet zich daar veilig voelen en zich rustig kunnen terugtrekken.
     
  8. Niet op de kop van de hond aaien, maar liever op borst of hals.
    Veel honden vinden aaien over de kop niet prettig, ze kunnen ervan schrikken en ze kunnen denken dat het kind de baas wil spelen.
     
  9. Geen trek- of stoeispelletjes doen met de hond.
    Daarbij gebruikt de hond zijn tanden en dat kan fout gaan. Bovendien merkt de hond snel dat hij sterker is dan het kind, waardoor hij de baas kan gaan spelen over het kind.

     
  10. Problemen met de hond niet zelf oplossen, maar vader of moeder roepen.
    Leer het kind om dan de hulp van ouders in te roepen. In de ogen van de hond staat een kind onder hem in rang, als het kind de baas over hem speelt zal hij dat misschien niet accepteren. 
Leer uw kind bovenstaande regels aan zodat gevaarlijke situaties worden voorkomen.

bron:LICG

woensdag 19 september 2012

Kat met vlooien? Gebruik NOOIT een spot-on voor honden!


Vlooienbestrijding is belangrijk voor de gezondheid van uw huisdier. Maar dan moet u wel het juiste middel bij het juiste dier gebruiken! Verkeerd gebruik kan dodelijk zijn… Weet dus waar u op moet letten.

De warme dagen in augustus waren ideaal voor vlooien. Het is dan ook goed mogelijk dat u deze vervelende beestjes aantreft bij uw hond of kat. Of misschien bent u teruggekomen van vakantie en ontdekte u dat de vele vlooieneitjes tussen uw vloer inmiddels waren uitgekomen… Vlooienbestrijding is dan ook noodzakelijk. Overigens geldt dit het hele jaar door: in onze verwarmde huizen doet de vlo het ook in de winter uitstekend. En dat is niet alleen voor uw huisdier vervelend: alleen de gedachte aan zo’n vlooienplaag bezorgt veel mensen de kriebels.
Vlooien zuigen bloed bij uw huisdier. Dat kan jeuk veroorzaken, maar als uw huisdier overgevoelig is kan het ook vervelende irritaties, wondjes en kale plekken met zich meebrengen. Bovendien brengen vlooien ook infecties met lintworm over. Het is daarom belangrijk om uw kat of hond het hele jaar door te beschermen tegen vlooien.
Er zijn allerlei soorten bestrijdingsmiddelen op de markt. Voor op het dier zelf zijn vooral de spot-ons populair, druppelpipetjes die op de huid in de nek moeten worden leeggeknepen. Zo kan het dier er niet bij en kan het middel snel zijn werk doen.
Deze pipetjes zijn er voor honden en voor katten, voor verschillende leeftijden en formaten. Het is erg belangrijk dat u precies het juiste middel gebruikt voor uw dier. Als u teveel geeft, kan dit schadelijk zijn voor uw hond of kat, dus let daar heel goed op. Voor jonge dieren zijn er andere pipetjes dan voor volwassen dieren, en ook pipetjes voor honden of voor katten zijn niet uitwisselbaar!
Katten zijn bijvoorbeeld heel gevoelig voor permethrin, een van de stoffen die regelmatig voorkomt in vlooienbestrijders en ook in middelen tegen teken. Katten krijgen al vergiftigingsverschijnselen bij veel lagere doseringen dan die bij honden gebruikt worden. Het is daarom van levensbelang dat u nooit de spot-on (of eventueel spray) die u voor uw hond gebruikt, ook aan uw kat geeft. Katten kunnen daar zelfs aan overlijden! Nog steeds komen er regelmatig meldingen binnen bij het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum over katten die op deze manier vergiftigd zijn.
Wees dus heel zorgvuldig, volg de aanwijzingen van uw dierenarts en probeer geen tijd of geld te besparen door een hondenmiddel voor uw kat te gebruiken. Ook oplikken kan gevaarlijk zijn, dus heeft u uw hond behandeld, houd de kat dan uit de buurt. Is er per ongeluk toch iets fout gedaan, heeft u een dier teveel vlooienmiddel gegeven of heeft u het middel voor de hond bij uw kat gebruikt, neem dan direct contact op met uw dierenarts. Was bovendien het dier zo snel mogelijk met lauw (niet te warm!) water met afwasmiddel om zoveel mogelijk van het middel weg te spoelen.
Meer informatie over vergiftigingen bij huisdieren vindt u in het uitgebreide Praktisch document over dit onderwerp.
bron:licg.nl

dinsdag 18 september 2012

Vergiftiging bij huisdieren

Als een huisdier iets eet of drinkt wat niet voor hem/haar bestemd is, is het mogelijk dat het dier daarbij een vergiftiging oploopt. Veel stoffen die wij in huis hebben zijn ongezond voor dieren. Huishoudproducten, planten, medicijnen en andere stoffen zijn al gauw verdacht, maar ook etenswaren die voor de mens geen enkel kwaad kunnen, zijn voor dieren soms gevaarlijk. In dit document wordt een aantal van deze giftige stoffen besproken. 




Heeft uw dier iets verkeerds gegeten, laat het dan nooit zomaar braken. Bij diverse stoffen zorgt dit juist voor extra beschadiging van de slokdarm. Neem direct contact op met uw dierenarts. Deze kan u vertellen of u zelf al iets kunt doen of dat u zo snel mogelijk naar de praktijk moet komen. Houd indien mogelijk het verpakkingsmiddel van de opgenomen stof of het kaartje van de desbetreffende plant bij de hand zodat u de dierenarts precies kunt vertellen om welke stoffen het gaat. 
Moet u uw dier toch laten braken, gebruik daarvoor dan nooit zout! Hij kan daardoor een zoutvergiftiging krijgen en zelfs overlijden. Uw dierenarts kan uw dier een injectie geven waardoor hij gaat braken.
bron: www.licg.nl

vrijdag 14 september 2012

Een hond in een zak

Er worden veel pups in Nederland verkocht die uiteindelijk uit Belgie komen. 
Let goed op waar u uw pup koopt! 

                    

maandag 10 september 2012

Huisdier aanschaffen? Bereid je goed voor!



Zo net na de vakanties besluiten veel mensen een huisdier aan te schaffen, zo blijkt uit onderzoek. Bent u dat ook van plan, bedenkt dan goed welk huisdier bij u past, wat daar allemaal bij komt kijken, wat het kost en of u dat er allemaal (en altijd) voor over hebt. Het LICG heeft de belangrijkste overwegingen die een rol spelen bij de aanschaf van een huisdier voor u op een rij gezet. 

Voordat u een nieuw huisdier aanschaft, is het verstandig om uzelf een aantal essentiële vragen te stellen. Het kan zijn dat u daarna besluit dat u nu beter geen huisdier kunt kopen, bijvoorbeeld omdat het u te veel tijd kost of omdat u de kosten te hoog vindt. 
U kun ook concluderen dat een dier juist heel goed bij u past en dat het meer dan welkom is. Maar dan heeft u er van tevoren tenminste zorgvuldig over nagedacht en dat is de beste garantie voor een plezierige tijd met uw nieuwe huisgenoot!

dinsdag 14 augustus 2012

Denk aan uw huisdier met de hitte!

Zomertips

In de zomer kan het nog wel eens flink warm worden, ook voor uw huisdier. Veel van onze huisdieren kunnen daar niet zo goed tegen. Ze hebben bijvoorbeeld geen zweetklieren waarmee ze hun lichaam kunnen koelen zoals wij. Oververhitting kan gevaarlijk en zelfs dodelijk zijn voor uw huisdier. Houd er daarom rekening mee en neem maatregelen als het buiten warm is.

Hoe merkt u of een dier het te warm heeft?

Bij oververhitting zijn de slijmvliezen rood, het dier voelt heet aan, ademt snel, wil vaak niet eten en is lusteloos. Honden kunnen gaan braken. Vogels zitten vaak met veren gespreid en snavel open. Merkt u dat uw dier het te warm heeft, help hem dan om af te koelen. Honden, katten, konijnen en knaagdieren kunt u nat maken met koel water. Maak vooral kop, oren, hals en poten nat. Gebruik geen ijskoud water, daardoor trekken de bloedvaten samen waardoor het nog lastiger wordt om de lichaamswarmte af te geven. Breng het dier naar een plek in de schaduw of in een koel vertrek om bij te komen. Zorg voor vers drinkwater, maar ook hier geldt: geen ijskoud water, en geen liters achter elkaar, dit geeft maagproblemen.
Is de oververhitting nog erger dan kan uw dier een hitteshock krijgen. Dit herkent u aan bleke slijmvliezen, snelle hartslag en ademhaling, koude lichaamsuiteinden (oren, neus, staart), niet of nauwelijks reageren op prikkels. Dit is een noodgeval, u moet direct de dierenarts bellen en beginnen met koelen!

Honden

Honden kunnen hun warmte alleen kwijt door te hijgen. Behalve in hun voetzooltjes hebben ze nergens zweetklieren. Ze hebben het dan ook snel warm. Zorg er voor dat uw hond bij warm weer een plek in de schaduw heeft. Laat hem nooit achter in een auto of in een warme tent of caravan. Zorg natuurlijk voor voldoende vers drinkwater. Als uw hond van zwemmen houdt dan is dat een prima manier om af te koelen. Er zijn voor honden ook speciale koelteproducten te krijgen, zoals een koeltematje of koelte-halsband. Deze zijn gevuld met een materiaal dat koud water op kan nemen en de koelte lang vast kanhouden. Erg handig voor bijvoorbeeld een autoritje of voor warmtegevoelige rassen zoals kortneuzige honden (zoals bijvoorbeeld bulldoggen). Let wel op dat de hond niet op het materiaal kan kauwen, dus alleen onder toezicht gebruiken! Honden liggen bij warm weer ook graag op koele plekken, geef ze die gelegenheid. Let bij honden met een dunne vacht ook op verbranding en smeer dun behaarde plekken eventueel in met zonnebrandcreme. Maak geen lange wandelingen in de hitte maar plan deze aan het begin of eind van de dag. Ga zeker niet met uw hond fietsen in de zon!

Katten

Katten zoeken vaak zelf een koel plekje als ze het te warm krijgen. Zorg ervoor dat uw kat schaduw heeft of naar binnen kan. Als de kat niet zelf kan kiezen, bijvoorbeeld als u hem in een warme auto moet vervoeren, dan moet u wel oppassen voor oververhitting.



Konijnen

Konijnen kunnen ook slecht tegen de warmte. Ze zijn van nature gewend om in een koel hol onder de grond te kunnen zitten. Al vanaf een graad of 24 krijgen zij het moeilijk. Zorg er dus altijd voor dat uw konijnenhok niet in de zon staat. U kunt zelf ‘koelelementen' maken voor uw konijn door plastic flessen voor twee derde met water te vullen en in de vriezer te leggen (geen glazen fles gebruiken, deze kan barsten!). Als u deze bij het konijn legt, eventueel gewikkeld in een oude theedoek zodat het konijn zijn neus niet kan ‘branden' aan de ijskoude fles. Pas wel op dat het konijn er niet aan knaagt. Om een buitenhok te koelen kunt u er een nat wit laken overheen leggen. Door de verdamping onttrekt dit wat warmte aan het hok.
Let op: Bij warm weer overlijden er regelmatig konijnen door de huidmadenziekte. Deze ziekte wordt veroorzaakt door de groene vleesvlieg die eitjes legt in aangekoekte uitwerpselen of vies ruikende vacht. De maden van de vlieg veroorzaken bloedvergiftiging en zonder een snelle behandeling door een dierenarts kan het konijn binnen twee dagen sterven. Let dus ook op de hygiëne van uw konijn en maak het hok vaker schoon.

Knaagdieren

Ook knaagdieren zoals cavia's, hamsters of ratten kunnen het flink warm krijgen. Help hen afkoelen met behulp van bevroren waterflessen of koude stenen. Heeft u een plastic bodembak, dan kunt u eventueel onder het hok (dus aan de buitenkant!) diepvrieselementen leggen. Natuurlijk zet u het hok nooit in de zon!

Vogels

Vogelkooien mogen ook niet in de zon staan. Vogels die het lekker vinden om te badderen geeft u regelmatig vers water. Houd er rekening mee dat warmte opstijgt. Heeft u een vogelkooi hangen, dan kunt u deze bij erg warm weer wellicht beter op de grond zetten. Pas dan wel op met tocht en uiteraard moet de kooi veilig staan voor honden, katten of kleine kinderen! Heeft u een buitenvoliere of een kippenhok, zorg ook dan voor schaduw met behulp van een parasol of een wit, eventueel nat gemaakt laken.

Terrarium en aquarium

Een terrarium of aquarium is meestal warmer dan de omgevingstemperatuur. Het zal hier niet zo snel te warm worden, maar blijf wel controleren en zorg ervoor dat er geen directe zon op de bak schijnt.

Hobbydieren

Geiten, schapen, paarden en andere buiten lopende dieren hebben ook graag schaduwplekken. Zorg in elk geval altijd voor vers drinkwater. Schapen het liefst scheren (dit is niet bij wet verplicht!). Ga met een paard niet op het heetst van de dag rijden of trainen.
Bron: LICG

vrijdag 10 augustus 2012

Let op blauwalg!


Begin augustus is er een hond overleden aan vergiftiging door blauwalg, nadat deze gezwommen had in een kreek bij Ouwerkerk. In het voorjaar van 2011 kregen zeker tien honden rond Almere vergiftigingsverschijnselen door een zeldzame en in Nederland nog vrij onbekende blauwalg. Hier zijn destijds tenminste vier honden aan overleden. 


Wat zijn blauwalgen?
Als de temperaturen buiten flink oplopen, kunnen blauwalgen massaal de kop opsteken. Vooral stilstaand, voedselrijk water vormt een ideaal milieu voor blauwalgen. Sommige blauwalgen produceren giftige stoffen die schadelijk kunnen zijn voor mensen en voor dieren.
Blauwalgen maken het water troebel en zuurstofarm, waardoor stankoverlast en vissterfte kan optreden. Drijvend aan het wateroppervlak vormen ze een blauwgroene laag die op olie lijkt. Door beweging in het water (bijvoorbeeld door zwemmers, honden of de wind), komen er stukjes van de algenmat los.
Besmetting en symptomen
Omdat honden graag het water drinken en gemakkelijk naar brokjes die in het water drijven happen,  lopen zij een groter risico om algen binnen te krijgen. Ook likken zij de vacht na het zwemmen schoon en kunnen zo een besmetting oplopen. Een paar klontjes van deze blauwalg kan voor de hond al binnen enkele uren dodelijk zijn!
Honden die vergiftigd werden door blauwalg kregen last van braken, trillen, schuimbekken en stuiptrekken. Ook kregen ze ademhalingsproblemen, epileptische verschijnselen en verlammingen.
Hoe kunt u blauwalgvergiftiging voorkomen?
De zwemgebieden in Nederland worden regelmatig gecontroleerd op de groei van blauwalgen, maar er wordt niet specifiek gecontroleerd op deze extra giftige soort. Bovendien zwemmen veel honden juist buiten de zwemgebieden, waar geen controle van het water is.
Wees zelf alert wanneer u uw hond laat zwemmen of buiten laat drinken. Wanneer uw hond na het zwemmen ziek wordt, neem dan altijd zo snel mogelijk contact op met uw dierenarts.

Waar is welke waterkwaliteit: zwemwater.nl
bron: LICG
bron foto: Rijkswaterstaat