donderdag 29 november 2012

Wintertips voor uw huisdier





De winter is in aantocht. Tijd voor muts, handschoenen en een warme sjaal als u naar buiten gaat. Maar ook voor sommige huisdieren geldt dat het winterweer om aanpassingen vraagt. Om samen met uw huisdier veilig de winter door te komen, is er een aantal zaken waar u op moet letten. 

Dieren die buiten gehouden worden hebben nu uiteraard extra aandacht nodig. Drinkwater zal snel bevriezen en moet dus vaak gecontroleerd en ververst worden. De meeste buitendieren hebben extra beschutting nodig tegen sneeuw en regen. Konijnen of cavia’s die in een buitenhok leven, hebben een extra dikke laag stro en hooi nodig om zich goed in te kunnen verschuilen. 

Ook de honden hebben soms wat extra aandacht nodig. Door de verwarming van onze huizen krijgen veel honden geen echte wintervacht meer. Voor sommige dun behaarde rassen en oude of zieke honden kan bescherming tegen vrieskou door middel van een dekje nodig zijn. In het algemeen geldt dat honden die buiten lekker actief zijn voldoende warm blijven. Let vooral op kleine honden: als ze beginnen te rillen hebben ze het koud. Laat de hond niet lang met een natte vacht buiten lopen, een natte vacht isoleert slecht.

 Katten die gewend zijn naar buiten te gaan kunnen dat ook gewoon in de winter blijven doen. Men moet er dan wel voor zorgen dat ze te allen tijde naar binnen kunnen via bijvoorbeeld een kattenluikje. Check daarom vooral nu even of het luikje goed werkt. Een kat zal wanneer het buiten te koud is uit zichzelf weer een warme plaats opzoeken. 

Wie zijn vijver met goudvissen ziet bevriezen hoeft zich in het algemeen geen zorgen te maken, als de vijver maar diep genoeg is. De vissen zijn in de winter in rust op de bodem en worden pas weer actief als het warmer begint te worden. Bekijk voor deze en nog veel meer tips over een goede voorbereiding van uw huisdier op de winter ons praktisch document “winter en kou”.

Bron: LICG

dinsdag 20 november 2012

Veilig in het donker



Wie ’s ochtends voor zijn werk of ’s avonds de hond gaat uitlaten, loopt tegenwoordig alweer in het donker. Dat kan soms gevaarlijke situaties opleveren. Een hond is niet zo goed zichtbaar, zeker als hij ook nog eens een donkere vacht heeft. Maar ook witte hondjes vallen in het donker soms nauwelijks op. Automobilisten en fietsers zien uw huisdier vaak pas op het laatste moment. Daarom is het verstandig om ervoor te zorgen dat uw hond beter zichtbaar is. Er zijn hiervoor allerlei hulpmiddelen te koop. Zo bestaan er lampjes die u aan de halsband, het tuig of de hondenlijn kunt vastmaken, en kunt u in de dierenspeciaalzaak reflecterende banden, riemen en tuigen vinden. Op die manier blijft uw hond goed zichtbaar voor het verkeer. En ook u zelf valt beter op, hoewel het nuttig blijft om zelf ook kleding te dragen met reflecterende strepen of lichte delen. Wie zijn kat veel buiten laat lopen, moet ook even stilstaan bij de veiligheid. Het kan verstandiger zijn om hem als het donker wordt naar binnen te halen. Loslopende katten kunnen ook bij daglicht al het risico lopen om aangereden te worden, maar in het donker wordt een automobilist nog sneller verrast. Bovendien kan de kat verblind worden door de koplampen. Kunt of wilt u de kat niet binnenhalen, dan kan een bandje met reflecterend materiaal helpen. Kies dan altijd een bandje met een veiligheidssluiting die open gaat als de kat ergens aan zou blijven hangen! Voor wie met zijn paard de straat op wil in het donker, is verlichting verplicht. Op de openbare weg moet de ruiter zorgen voor een wit licht dat naar voren schijnt en een rood licht dat naar achteren schijnt. Het paard geldt dan dus echt als voertuig. Naast deze verplichte verlichting zijn er reflecterende materialen op de markt die u uw paard om kunt doen, zoals borsttuigen, dekjes en beenbeschermers. Daarnaast is reflecterende kleding voor uzelf ook verstandig.

bron: LICG

maandag 19 november 2012

woensdag 14 november 2012

Onderzoek 'Verlatingsangst bij honden'

Doe mee aan gratis onderzoek

Oproep voor het onderzoek 'Verlatingsangst bij honden'











Heeft u een hond die continu blaft, het huis sloopt, en plast en poept in het huis wanneer hij/zij alleen thuis gelaten wordt? En wilt u dan meewerken aan een gratis onderzoek naar honden met verlatingsangst?

Het departement Dier in Wetenschap en Maatschappij van de faculteit Diergeneeskunde biedt u de mogelijkheid om uw hond gratis te laten onderzoeken. Het departement doet onderzoek naar het welzijn van honden in Nederland. Gedragsproblemen die optreden bij honden met verlatingsangst zijn wijdverspreid in de Nederlandse hondenpopulatie en kunnen een belangrijk welzijnsprobleem zijn voor deze honden.

Wij zoeken:

1. Lichamelijk gezonde honden die ouder zijn dan 11 maanden, en 
2. niet op medicatie staan voor verlatingsangst, maar wel 
3. ernstige kenmerken van verlatingsangst laten zien. Dit zijn gedragingen die de hond alleen vertoont wanneer hij/zij alleen wordt gelaten:

  •  frequent en intensief blaffen, huilen en/of piepen. Buren kunnen hierover klagen;
  •  het huis van de eigenaren slopen (bijv. bankkussens aan stukken scheuren); 
  • hyperactief zijn: de hond gaat bijvoorbeeld krabben aan deuren en ramen en rusteloos rondlopen; 
  • in huis plassen en poepen 


Wat gaat er gebeuren? 


  • Indien uw hond voldoet aan bovenstaande voorwaarden, zal u worden uitgenodigd om naar de Universiteitskliniek voor Gezelschapsdieren te komen 
  • Tijdens het onderzoek zal uw hond gefilmd worden en de hartslag van uw hond zal met een non-invasieve Polar® hartslagmeter worden gemeten. 
  • Aan het einde van het onderzoek wordt er wat speeksel van uw hond afgenomen voor cortisolbepaling 
Het hele onderzoek zal ongeveer 45 minuten in beslag nemen. 

Doel 

Het doel van dit onderzoek is om de gedrags- en fysiologische kenmerken (i.e. hartslag en cortisol) van honden met verlatingsangst te meten in een gestandaardiseerde omgeving, zoals in een dierenartsenpraktijk. Onze bevindingen kunnen zowel een bijdrage leveren voor het beoordelen van het welzijn in honden als voor het diagnosticeren van verlatingsangst in honden.  

Wij bieden


  • Gratis een gedrags- en fysiologisch onderzoek van uw hond 
  • Een gratis onderzoeksrapport 
  • Onderzoeksresultaten die de eigenaren een beter beeld kunnen geven over het aanpassingsvermogen van hun honden en de welzijnsbelemmering van de verlatingsangst voor hun honden 
Wilt u deelnemen aan dit onderzoek, neemt u dan a.u.b. contact op via de e-mail: welzijnhond@uu.nl of telefoon: 030 – 253 38 71 

bron: www.uu.nl  


dinsdag 13 november 2012

Vuurwerkangst







Heel wat honden (en katten) zijn bang voor vuurwerk. Een sporadische knal op straat hoeft voor een evenwichtige jachthond geen probleem te zijn. Deze honden zullen even schrikken, net zoals wij, maar herstellen zich snel. Veel honden zijn echter door eerdere ervaringen zó bang geworden, dat ze vanaf het klinken van de eerste knal de hele maand december angstig en onrustig zijn. Ze willen niet graag meer naar buiten, vertonen vluchtgedrag en staan continu onder spanning; onbereikbaar voor beloning of correctie. Er zijn verschillende manieren om hiermee om te gaan. Medicatie rond oudejaarsavond is een mogelijkheid, maar lang niet altijd de beste keuze. Vuurwerkangst is wel degelijk aan te pakken, mits hier tijdig mee wordt begonnen. Uiteindelijk is uw huisdier het gelukkigst als het u lukt hem zijn angst af te leren. Dit kan met behulp van training. Echter angst weg trainen is niet eenvoudig en kost tijd. Daarom is het belangrijk om op tijd te beginnen en de training zorgvuldig op te bouwen.

Hoe ontstaat vuurwerkangst 
De angst voor harde geluiden is een natuurlijke angst die direct te maken heeft met overlevingsdrang. Vrijwel elk dier zal reageren bij het horen van een hard geluid. Sommige honden zijn van nature gevoeliger voor geluidsprikkels dan anderen. Een goede socialisatie liefst tijdens de pup-periode, waarbij ook kennis wordt gemaakt met verschillende soorten geluid vormt de basis voor een stabiel, ‘knalvast’ karakter, maar hoeft niet in alle gevallen tot een vuurwerkvaste hond te leiden. Door vervelende ervaringen of door herhaaldelijk schrikken kunnen dieren een echte fobie voor harde geluiden ontwikkelen. Angstig gedrag kan ook versterkt worden door de reactie van de eigenaar. Niet alleen honden zijn bang voor vuurwerk, veel eigenaren schrikken even hard van onverwachte knallen. Toch is het als eigenaar van groot belang om uw eigen angst niet over te brengen op uw hond. Probeer buiten zo rustig en normaal mogelijk te reageren op geknal. Ga in huis gewoon rustig door met hetgeen waar u mee bezig was en doe vooral alsof er niets bijzonders aan de hand is. Over het al dan niet steun bieden aan een angstige hond bestaan verschillende opvattingen. Het is niet aan te raden om mee te gaan in de angst van uw hond door overduidelijk te troosten en te proberen hem tot kalmte te manen. Uw hond leert dan dat het bang zijn iets oplevert: aandacht. Door hem te laten zien dat u in ieder geval niet bang bent en hij op u kan vertrouwen, zal hij zelf ook rustiger worden.

Is er wat aan vuurwerkangst te doen? 
Het loont de moeite om te proberen de angst weg te trainen. U moet daar op tijd mee beginnen. Er zijn cursussen die u als eigenaar leren hoe u het beste kunt reageren op een angstige hond. Omdat angstige honden elkaar in hun gedrag kunnen ver sterken, zijn dit vaak cursussen waaraan u zonder het bijzijn van uw hond deelneemt. Vuurwerktraining bestaat er meestal uit dat vuurwerkgeluiden gecombineerd worden met iets leuks of iets lekkers. Daarbij wordt bijvoorbeeld een CD gebruikt met vuurwerkgeluid. Voor u kunt beginnen met trainen om angst weg te nemen of te voorkomen is het ontzettend belangrijk dat u uw dier goed kent. U moet weten hoe stress-signalen eruit zien en hoe lichaamstaal werkt. Stress-signalen zijn o.a. hijgen, bek aflikken, angst plassen, trillen, janken/piepen. Een angstige houding bij honden is te herkennen aan een lage houding van de hoofd/hals en de staart wordt tussen de benen gedragen. Daarnaast worden de mondhoeken lang gehouden en de oren staan omlaag. U heeft ook basiskennis nodig over hoe uw hond leert. Als u niet goed kunt beoordelen of uw dier angstig begint te worden of wanneer u niet weet wat voor effect een bepaalde ervaring op zijn leerproces zal hebben, kunt u de training niet in goede banen leiden. Zorg dus dat u goed geïnformeerd aan een training begint: goede boeken, een hondenschool, de gedragstherapeut en vooral heel veel naar uw dier kijken, kunnen hierbij helpen. 

Nooit straffen voor angst 
Welke trainingsmethode u ook gebruikt: straf het dier nooit voor een angstige reactie! Daarmee maakt u de situatie voor het dier alleen nog maar enger en zal hij nog banger worden. Misschien durft hij het niet meer duidelijk te uiten omdat hij bang is voor nog meer straf, maar van binnen voelt hij de angst nog net zo erg! Als het dier angst vertoont tijdens het trainen dan is dit een teken dat u de training te moeilijk hebt gemaakt. Ga dan een aantal niveaus terug en bouw de training opnieuw op, dit keer met kleinere stapjes. 

Vuurwerkangst en medicatie 
Bij vuurwerkangst kan medicatie worden ingezet op verschillende manieren: als snelle ‘oplossing’ tijdens de periode van vuurwerk zelf. Diazepam is een kalmerend middel dat de angst onderdrukt en het dier minder gevoelig maakt voor geluid. Het onderdrukt tevens het leren, waardoor het dier dat bij een angstige ervaring dit medicijn krijgt toegediend, deze ervaring minder goed zal onthouden. Niet alle middelen zijn even onschuldig en prettig voor de hond zelf. Een aantal middelen versuffen een dier, maar maken hem niet minder gevoelig voor geluid. Hij is dan net zo bang, maar zal dit minder uiten doordat hij versuft is. Bepaalde antidepressiva hebben een nadelig effect op de lever of de nieren of versuffen een dier zo dat hij niet echt normaal kan functioneren. Bovendien is van veel middelen van tevoren moeilijk in te schatten hoe een dier erop zal reageren; dieren moeten heel goed in de gaten worden gehouden. 

Medicatie ter ondersteuning bij therapie 
Diepgewortelde vuurwerkangst is met geen pil of poeder weg te nemen, die illusie moet ook niet worden gekoesterd. Wél kunnen angstige dieren met rustgevende middelen ondersteund worden en ook kunnen deze middelen worden ingezet ter ondersteuning bij de training om over de angst heen te komen. Als u met uw hond gaat trainen om de vuurwerkangst te verminderen, kunt u medicatie gebruiken om de therapie te ondersteunen. De dierenarts kan in overleg met een hondengedragstherapeut een medicijn voorschrijven dat werkt als een angstremmer op lange termijn. Hier bestaan verschillende medicijnen van. Deze medicijnen moeten gedurende meerdere maanden gegeven worden. Het duurt ongeveer twee tot vier weken voor het niveau in het bloed hoog en constant genoeg is om effect te hebben, en er is eventueel een opbouwschema nodig. Deze medicatie kan helpen om de gedragstherapie te laten slagen, doordat het ervoor zorgt dat het dier minder angstig wordt, maar nog steeds goed kan leren. Daardoor krijgt de training meer kans om aan te slaan. 

Toevoegingen in de voeding (voedingssupplementen) 
Er zijn hulpmiddelen beschikbaar die gebaseerd zijn op een voedingspreparaat.Telizen is gebaseerd op L-theanine, een aminozuur dat van nature voorkomt in groene thee (Camellia sinensis) Het heeft de volgende eigenschappen: het zwakt de reactie door abnormale angst af, het werkt rustgevend voor hond en kat en het verhoogt de leercapaciteit. Telizen induceert geen afhankelijkheid of slaperigheid en kan prima gecombineerd worden met andere medicijnen. Meer informatie vindt u op: www.vuurwerkangst.nl. Dan is er ook nog Zylkene, dit is een voedingssupplement dat alpha-casozepine bevat, verkregen uit een melkeiwit, dat aangrijpt op de hersenen, maar geen vervelende bijwerkingen heeft zoals bijvoorbeeld diazepam en ingezet kan worden bij allerlei situaties waar stress kan worden verwacht. Ook is er een dieetvoeding verkrijgbaar op basis van het bovengenoemde alpha-casozepine namelijk Calm Diet van Royal Canin. Dit ingrediënt wordt samen met L-tryptofaan, een aminozuur dat een positief effect heeft op de gemoedsrust, in de voeding verwerkt. Het is van belang om tijdig te beginnen met de supplementen en met de voeding, minimaal 2 weken van te voren. Als u dergelijke middelen wilt geven aan uw hond, overleg dit dan altijd eerst met uw dierenarts. Ze kunnen niet met alle medicijnen gecombineerd worden! 

Feromonen 
Er zijn hulpmiddelen die feromonen afscheiden, geurstoffen met een kalmerende werking op de hond. Een lacterende teef scheidt feromonen af o.a. ter hoogte van de tepels, waardoor de pups gerust gesteld worden bij de teef. De hulpmiddelen met feromonen bestaan als een verdamper die u in het stopcontact steekt, als een spray en als een geïmpregneerde halsband. Dit kan helpen om uw dier rustiger te maken. Ze zijn te verkrijgen bij de dierenarts. Begin ook hier minimaal twee weken van tevoren mee zodat het middel kan inwerken. 

Thundershirt 
Dit is een soort jasje wat de hond aan kan krijgen dat direct een rustgevend effect geeft. Het is op basis van gelijkmatige druk rondom de borstkast (inbakenen van baby’s). De resultaten zijn bijzonder goed. 

Gebruik het juiste middel 
Gebruik voor uw huisdier nooit medicijnen die u zelf via de humane arts, voorgeschreven heeft gekregen, ook al zit hier dezelfde werkzame stof in. De dosering van medicijnen is bij dieren anders dan bij mensen, is per diersoort verschillend en luistert nauw. Bovendien kunnen er in medicijnen voor mensen hulpstoffen zijn verwerkt waar uw huisdier niet tegen kan. Ook kunnen sommige geneesmiddelen elkaar beïnvloeden. Gebruik dus alleen medicijnen die uw dierenarts heeft voorgeschreven nadat de dierenarts uw dier heeft onderzocht, gebruik ook nooit zomaar een restje van een vorig jaar zonder uw dier eerst te laten onderzoeken. Meld het gebruik van voedingspreparaten, feromonen of alternatieve middelen altijd aan uw dierenarts en de hondengedragstherapeut zodat zij hier rekening mee kunnen houden. 

Op de avond zelf 
Zorgt u verder dat u op Oudejaarsavond de ramen en deuren goed dicht houdt en doe de gordijnen dicht. U kunt een muziekje aanzetten om het geluid enigszins te verdoezelen. Laat uw hond in ieder geval niet alleen en laat hem op oudejaarsdag alleen aangelijnd uit. Zorg ook dat hij niet de deur uit kan glippen als deze rond de jaarwisseling even open staat. 


Bron: Natasja van den Berg (dierenarts) (Dierenkliniek Arts en Dier, www.artsendier.nl)